Schending van de regelgeving i.v.m. de verkiezingsuitgaven door kandidaten en lijsttrekkers
Bezwaren bij de Raad voor Verkiezingsbetwistingen
Bezwaren op grond van de schending van de regelgeving inzake verkiezingsuitgaven door kandidaten en lijstrekkers kunnen bij de Raad voor Verkiezingsbetwistingen worden ingediend.
Alleen de kandidaten zijn gerechtigd bij de Raad voor Verkiezingsbetwistingen bezwaar in te dienen tegen de verkiezingsuitgaven die werden gedaan door de lijsttrekkers en de kandidaten.
Het bezwaar wordt binnen een termijn van vijfenveertig dagen ingediend, te rekenen vanaf de dagtekening van het proces-verbaal van de verkiezingen.
Een nieuwe termijn van vijftien dagen wordt geopend met ingang van de datum van de uitspraak van de definitieve veroordeling, gesteund op een klacht die is ingediend bij de procureur des Konings.
Let op: Iedereen die een bezwaar heeft ingediend dat ongegrond blijkt en waarvan vaststaat dat het is ingediend met het oogmerk om te schaden, wordt gestraft met een geldboete van 50 tot 500 euro.
Voortaan is er een eengemaakt Raad voor Verkiezingsbetwistingen. De provinciale Raden voor Verkiezingsbetwistingen zijn opgeheven.
Een bezwaar kan worden ingediend op het volgende adres:
- Raad voor Verkiezingsbetwistingen p/a Dienst van de Bestuursrechtscolleges Koning Albert II-laan 35 bus 81 1030 Brussel
Voor meer informatie omtrent de Raad voor Verkiezingsbetwistingen vindt u op de website https://www.dbrc.be/raad-voor-verkiezingsbetwistingen.
Sancties (Raad voor Verkiezingsbetwistingen)
De sanctie die de Raad voor Verkiezingsbetwistingen kan opleggen, verschilt naargelang de overtreding en wie de overtreding doet:
Overtreding door de lijst:
- De lijst die binnen dertig dagen na de verkiezingen geen aangifte van haar verkiezingsuitgaven en de herkomst van de geldmiddelen indient, wordt gestraft met een administratieve boete van 100 euro per dag vertraging, met een maximum van 3.000 euro.
Wanneer de Raad voor Verkiezingsbetwistingen uitspraak doet over een bezwaar betreffende de verkiezingsuitgaven en de herkomst van de geldmiddelen van een lijst die geen aangifte heeft ingediend, maant de Raad de betrokken lijst schriftelijk aan om de aangifte in te dienen.
Indien de lijst haar aangifte binnen vijftien dagen na de verzending van de aanmaning niet indient, wordt ze gestraft met een administratieve boete van 1.000 euro, vermeerderd met 1.000 euro per volledige maand vertraging, te rekenen vanaf de zestiende dag na de verzending van de aanmaning. De administratieve geldboetes worden aan de lijsttrekker van de betrokken lijst opgelegd.
- De lijst die een onjuiste of onvolledige aangifte doet van haar verkiezingsuitgaven en de herkomst van de geldmiddelen, wordt door de Raad voor Verkiezingsbetwistingen schriftelijk aangemaand om de gegevens te corrigeren of aan te vullen.
Indien de lijst de gevraagde aanvulling of correctie niet indient binnen vijftien dagen na de verzending van de aanmaning, wordt aan de lijsttrekker van de betrokken lijst een administratieve boete van 100 euro per dag bijkomende vertraging, met een maximum van 3.000 euro opgelegd.
- Indien de lijst het maximumbedrag overschrijdt, wordt aan de lijsttrekker van de betrokken lijst een administratieve boete die gelijk is aan het bedrag van de overschrijding, met een minimum van 2.500 euro en een maximum van 25.000 euro opgelegd.
- De lijst die verboden campagnemiddelen gebruikt tijdens de sperperiode, wordt gestraft met een waarschuwing of een administratieve boete van 100 euro tot 25.000 euro. In geval van herhaling wordt de administratieve boete verdubbeld. De administratieve geldboete wordt aan de lijsttrekker van de betrokken lijst opgelegd.
- De lijst die niet beschikt over een gemeenschappelijk volgnummer en een beschermde lijstnaam en uitgaven verricht voor verkiezingspropaganda op gewestelijk vlak, wordt gestraft met een administratieve boete die gelijk is aan het bedrag van de desbetreffende uitgaven, met een minimum van 2.500 euro en een maximum van 25.000 euro. De administratieve geldboete wordt aan de lijsttrekker van de betrokken lijst opgelegd.
Overtreding door de lijsttrekker
Een verkozen lijsttrekker van een lijst die de bepalingen van artikel 191, § 1, artikel 194 of artikel 199 niet naleeft, wordt gestraft met een van de volgende sancties:
- een waarschuwing;
- de inhouding van de presentiegelden ten belope van 5 % gedurende een periode van minimum een maand en maximum twaalf maanden;
- de schorsing van de uitoefening van het mandaat gedurende een periode van minimum een maand en maximum zes maanden;
- de vervallenverklaring van het mandaat.
Deze sancties kunnen worden opgelegd onverminderd de hierboven toegelichte administratieve geldboetes die de lijsttrekker ten laste vallen.
Overtreding door een kandidaat
Een verkozen kandidaat die het maximumbedrag heeft geschonden of verboden campagnemiddelen heeft gebruikt, wordt gestraft met een van de volgende sancties:
- een waarschuwing;
- de inhouding van de presentiegelden ten belope van 5 % gedurende een periode van minimum een maand en maximum twaalf maanden;
- de schorsing van de uitoefening van het mandaat gedurende een periode van minimum een maand en maximum zes maanden;
- de vervallenverklaring van het mandaat.
Inbreuken op de giften- en sponsorregeling (Vlaamse Controlecommissie Verkiezingsuitgaven)
De Vlaamse Controlecommissie Verkiezingsuitgaven controleert de registraties van de giften en sponsoring van de lijsten en de kandidaten. Bij vaststelling van een schending van de giften- en sponsorregeling door kandidaten, lijsten, schenkers of sponsors, beslist de Vlaamse Controlecommissie Verkiezingsuitgaven om daarover al dan niet een klacht neer te leggen bij de procureur des Konings.
Inbreuken op de giften- en sponsorregeling door kandidaten, lijsten, schenkers of sponsors kunnen ook worden vervolgd hetzij op initiatief van de procureur des Konings, hetzij op grond van de klacht van een persoon die van enig belang doet blijken. De procureur des Konings neemt geen anonieme klachten in aanmerking.
Let op: iedereen die een klacht heeft ingediend of een vordering heeft ingesteld die ongegrond blijkt en waarvan vaststaan dat hij die heeft ingediend of ingesteld met oogmerk om te schaden, wordt gestraft met een geldboete van 50 tot 500 euro.
Tot uiterlijk 11 februari 2019 kan de procureur des Koning het initiatiefrecht uitoefenen en kan eenieder die een belang doet blijken klacht indienen. De procureur des Koning beslist om al dan niet de vervolging in te stellen.
Inbreuken op de giften- en sponsorregeling worden gestraft met een boete van 26 tot 100.000 euro..
Verwante wetgeving:
- Artikelen 199 - 203 LPKD
- Artikelen 22 - 24 Decreet betreffende de organisatie en de rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges
Strafrechtelijke vervolging van kandidaten (procureur des Konings)
Er kunnen ook strafrechtelijk sancties worden opgelegd aan kandidaten.
Kandidaten die volgende inbreuken plegen, kunnen worden vervolgd:
- geen tijdige of een een onvolledige aangifte van zijn verkiezingsuitgaven, de herkomst van de geldmiddelen en de registratie van de giften en de sponsoring
- met opzet uitgaven doen of verbintenissen aangaan die de maximumbedragen overschrijden,
- verboden of gereglementeerde campagnemiddelen gebruiken in strijd met artikel 194
Deze inbreuken kunnen worden vervolgd hetzij op initiatief van de procureur des Konings, hetzij op grond van de klacht van een persoon die van enig belang doet blijken. De procureur des Konings neemt geen anonieme klachten in aanmerking.
Let op: iedereen die een klacht heeft ingediend of een vordering heeft ingesteld die ongegrond blijkt en waarvan vaststaan dat hij die heeft ingediend of ingesteld met oogmerk om te schaden, wordt gestraft met een geldboete van 50 tot 500 euro.
Tot uiterlijk 11 februari 2019 kan de procureur des Koning het initiatiefrecht uitoefenen en kan eenieder die een belang doet blijken klacht indienen. De procureur des Koning beslist om al dan niet de vervolging in te stellen.
Deze inbreuken worden gestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot één maand en met een geldboete van vijftig euro tot vijfhonderd euro, of met één van die straffen alleen.
Verwante wetgeving:
Artikel 199/1 – 201 LPKD